In plaats van Bijltjesdag

In plaats van Bijltjesdag

Met de naderende bevrijding van Nederland groeide in 1944 bij de Nederlandse regering in Londen de angst voor een mogelijke bijltjesdag. Eigenrichting door burgers was een schrikbeeld. Dat deze angst niet alleen in Londen heerste, bleek uit het feit dat in september 1944, toen het leek alsof geheel Nederland bevrijd zou worden, vele NSB’ers, pro-Duitse personen en hun gezinnen uit angst voor Bijltjesdag hals over kop naar Duitsland gevlucht waren. Er is in Nederland, in tegenstelling tot in België en Frankrijk, geen Bijltjesdag geweest. In zijn boek In plaats van Bijltjesdag, stelt prof. mr. A.D. Belinfante dat dit vooral te danken is aan de massale en snelle arrestaties direct na de bevrijding. Dat via Radio Oranje beloofd was dat iedere misdadiger, collaborateur en NSB’er berecht zou worden, is mogelijk ook een reden geweest om niet tot eigenrichting over te gaan. Maar de massale arrestaties van iedereen die ervan verdacht werd of van wie vermoed werd dat hij/zij met de Duitse bezetter gecollaboreerd had of oorlogsgerelateerde misdrijven begaan had, zijn na de oorlog wel ontaard in chaos.

De vraag is dan uiteraard: hoe ging dat in Haren? In deze column beperk ik mij tot de arrestaties. Een volgende keer zal ik ingaan op de berechting van de personen die met de Duitsers hadden gecollaboreerd of oorlogsmisdrijven hadden begaan. Omdat de Nederlandse politie op grote schaal met de Duitsers had samengewerkt, werd de opsporing van ‘foute’ Nederlanders opgedragen aan de speciaal daartoe in het leven geroepen Politieke Opsporingsdienst (POD). De leden van de Binnenlandse Strijdkrachten (BS) maakten onderdeel uit van de POD. Ook in Haren werd begin 1945 een afdeling van de BS gevormd. De BS werden samengesteld uit groepen die in de oorlog actief waren geweest in het verzet tegen de Duitsers; dat waren: de Landelijke Knokploegen (KP), de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO), de Ordedienst (OD) en het Nationaal Steunfonds (NSF). Als leider werd Gerrit Frederik Dalenoord, aangewezen, commercieel directeur van het Scholten-concern in Foxhol en wonende aan de Westerse Drift 96 (huidig adres). Victor de Bie, Jachtlaan 14 (huidig adres), zelf actief bij de BS, heeft een lijst opgesteld van personen die bij de bevrijding van Haren deel uitmaakten van die organisatie. Er staan 60 namen op.

Direct bij de komst van de eerste Canadezen in Haren op vrijdagmiddag 13 april 1945 werden de leden van de BS actief. Er volgden arrestaties en ook een enige Duitse soldaten gaven zich over. Alle arrestanten werden overgebracht naar het Blindeninstituut aan de Rijksstraatweg 284 in Haren (zie de foto). Dit gebouw was in de oorlog al gevorderd door de Duitsers en stond dus bij de bevrijding leeg. Het gemeentehuis op de hoek van de Rijksstraatweg en de Meerweg werd ook door de BS bezet. Groot was de schrik toen de Canadezen zich na deze eerste verkenning terugtrokken. In de nacht van vrijdag op zaterdag liepen weer Duitse troepen door Haren. Tot een confrontatie met de BS kwam het gelukkig niet. Zaterdagmiddag werd Haren definitief bevrijd en konden de BS doorgaan met de arrestaties. Hoe het daarbij toegegaan is, is mij niet bekend. Van elders kennen we foto’s van ‘moffenmeiden’ die kaalgeschoren werden en arrestanten die werden geslagen en bespuugd. In Grootegast werd de NSB-burgemeester letterlijk doodgeknuppeld. De Harense NSB-burgemeester Otto de Waard zocht bescherming bij de gereformeerde dominee H. Volten, die hem vervolgens veilig afleverde bij de Harense gevangenis in het Blindeninstituut.

Zelf had ik eigenlijk geen voorstelling van het aantal in het Blindeninstituut opgesloten personen. Ik dacht aan enige tientallen. Onderzoek in de archieven hielp mij uit de droom. Volgens een opgave van 4 juni 1945 waren op dat moment 168 mannen, 181 vrouwen en 55 kinderen opgesloten in de Harense gevangenis. In vier pelotons waren 182 bewakers actief. Vanwaar dat hoge aantal? Grofweg kunnen we de geïnterneerden verdelen in drie groepen: gevluchte NSB’ers, foute ambtenaren en foute Harense inwoners. In september 1944 ontstond bij de NSB’ers in het land paniek over de snelle opmars van de geallieerde troepen. We kennen 5 september 1944 als Dolle Dinsdag. Er kwamen toen ook veel NSB’ers naar Haren. Zo betrok ene Dirk Kriele uit Eindhoven met zijn vrouw en twee kinderen het huis Vreeburgh, Rijksstraatweg 384 in Haren. We vinden dit complete gezin later terug in de Harense gevangenis. En dit is maar een voorbeeld van vele. Op 16 november 1944 weigerde het gemeentepersoneel van Haren lijsten op te stellen van inwoners die voor de Duitsers konden werken. Alle personeelsleden doken vervolgens onder. Ze werden vervangen door ‘foute’ ambtenaren uit andere delen van het land. In totaal ging het om 21 personen. Maar die ambtenaren kwamen niet alleen. Zo kwam Abraham Jacobus Bliek vanuit Middelburg naar Haren met zijn vrouw, schoondochter, kleinkind, broer en vader. Dit hele gezelschap betrok de woning Westerse Drift 42 te Haren (huidig adres). Direct na de bevrijding verhuisden zij onder passende begeleiding naar het Blindeninstituut. En dan waren er uiteraard ook ‘foute’ Harenaars. Ook zij werden opgepakt. Of dat altijd terecht was? Mevrouw Mieke Meiboom is gepromoveerd op de rechtspleging na de oorlog in Groningen. Zij schrijft in haar proefschrift Bijzonder bestraft (als boek verschenen onder de titel Foute Groningers): “De arrestaties ontaardden in een grote chaos van opgepakte en geïnterneerde personen, zonder onderzoek naar een eventuele schuld aan misdaden of collaboratie, zonder administratieve verwerking van de arrestanten, vaak zonder verhoren en zonder zelfs maar mee te delen waarom mensen als ‘politiek delinquent’ waren opgepakt.” Vooral Duitsers die al lange tijd in Nederland woonden waren vaak de klos en werden vaak uitsluitend om hun nationaliteit ingerekend. Zo treffen we onder de gevangenen in Haren ook leden van de familie Plep(p) aan. Vader Alfred Erich Plepp werd geboren in Osnabrück in Duitsland. Hij trouwde in 1924 in Groningen met een Nederlandse vrouw. Het gezin Plep woonde vanaf 1932 aan de Dalweg 6 in Onnen (huidig adres). In 1943 verhuisden zij naar Waterhuizerweg 26 in Haren. Deze woning was vrijgekomen door de deportatie van de Joodse familie Wolff naar Westerbork. Waarom ze daarom extra verdacht? Wat er met Alfred Plep is gebeurd, is mij nog niet duidelijk. Waarschijnlijk werkte hij in 1945 in Duitsland. Zijn vrouw werd met vier kinderen geïnterneerd in het Blindeninstituut. De oudste zoon werd op 21 juli 1945 vrijgelaten met huisarrest. Mevrouw Plep en drie kleine kinderen werden op dezelfde datum overgebracht naar het interneringskamp in het Stadspark. in Groningen Tot een veroordeling van Alfred Plep en zijn vrouw is het niet gekomen.

Midden juli 1945 werd de Harense gevangenis ontruimd. Het streven was iedereen zoveel mogelijk terug te sturen naar de oorspronkelijke woonplaats. In totaal werden 122 personen overgedragen aan POD’s elders in het land met als belangrijkste bestemmingen: Rotterdam (29), Den Haag (16), Middelburg (12), Eindhoven (17) en Arnhem (18). De meeste ‘foute’ inwoners van Haren gingen naar speciaal ingerichte kampen in Nuis bij Marum (61), in het Stadpark in Groningen (27) en in het Albino-complex aan de Winschoterkade in Groningen (7) om hun berechting af te wachten. Vijftien personen mochten dat thuis doen onder huisarrest en twaalf personen worden in vrijheid gesteld. Hendriktje Duin maakte dat alles helaas niet meer mee. Zij overleed op 30 mei 1945 in het Blindeninstituut, 21 jaar oud. Onder welke omstandigheden is onduidelijk.

De columns ‘Harener Historie’ worden geschreven door Eppo van Koldam. Iedere twee weken verschijnt een nieuwe column. Dit is digitale column nr. 107.

 

Old Go

De Harense Historische Vereniging Old Go is opgericht in januari 2010 en houdt zich bezig met de geschiedenis van de voormalige gemeente Haren. De gemeente bestond uit de dorpen Haren, Glimmen, Onnen en Noordlaren en de buurtschappen Essen, Dilgt en Hemmen. Op 1 januari 2019 is de gemeente Haren in het kader van de gemeentelijke herindeling samengegaan met de gemeenten Groningen en Ten Boer. 

Gevarieerd aanbod

Lezingen en excursies

Organisatie Open Monumentendag 

Uitgave van Harens Old Goud, 2x per jaar, een tijdschrift met een breed aanbod van artikelen en oude foto's

Publicaties in Haren de Krant

Presentatie en promotie op evenementen.

Info-centrum

Kom eens langs in het Info-centrum van Old Go! Elke eerste donderdag van de maand kunt u van 14.00 tot 16.00 uur bij ons terecht voor inzage in ons archief. We hebben een luisterend oor voor uw (oude) verhalen met of zonder foto’s. Voor vragen en informatie kunt u mailen naar info@oldgo.nl. Het adres is: Oude Brinkweg 12A, Haren; de trap op naar boven.   

Contact

Wilt u lid worden?  Zie ons aanmeldingsformulier. 

Heeft u een algemene vraag of opmerking:  info@oldgo.nl

Wilt u een artikel of foto's aanbieden voor Harens Old Goud: redactie@oldgo.nl